In schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders schrijft het duo:"Uit de omgevingsvergunning, het bijbehorende onderzoek dd. 22 februari naar de bomen op en langs het tracé en constateringen 'in het veld' blijkt dat er al eerder bomen op het tracé zijn gekapt én dat er meer dan 400 bomen op of direct langs het tracé staan. Door Bomenwacht Nederland is op verzoek van de aannemer een bomeneffectanalyse (BEA) uitgevoerd. Volgens de analyse is 'voor 122 bomen de projectinvloed beperkt en kan het project een zekere bedreiging voor het behoud van de bomen vormen. Bij 240 bomen is de projectinvloed aanzienlijk en vormen de werkzaamheden tijdens het project een ernstige bedreiging voor het behoud van de bomen. De impact van het project is op 63 bomen zodanig groot dat behoud van de bomen niet mogelijk is'."
Carlien: "Dat vinden we wel erg veel bomen! We willen daarom van het college weten of er geen andere route door de wijk gekozen kan worden, waardoor er minder bomen gekapt hoeven te worden."
Yorick: "En dan zijn er ook nog eens verschillende versies van het onderzoek naar de bomen in omloop. Bovendien communiceert de gemeente op zo'n manier met mensen die zich zorgen maken over de bomen, dat je daarmee de tegenstanders van Nieuwe Energie voor Groenoord in de kaart speelt. De plannen zijn in de basis goed, maar zo jaag je mensen tegen je in het harnas."
Carlien: "We willen dat de gemeente nog eens goed kijkt naar het tracé en de kapvergunning. Groenoord moet een groen oord blijven."
Schriftelijke vragen over de Omgevingsvergunning voor de aanleg van een warmteleiding in Groenoord
Op 23 mei 2022 werd onder voorwaarden een omgevingsvergunning (dossier: 22OMGS067) verleend voor “het aanleggen van een warmteleiding door de wijk Groenoord”. Op 8 juni 2022 werd de “Kennisgeving besluit op aanvraag omgevingsvergunning” gepubliceerd.
In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) staat in art 3.9, lid 1, onder a:
“Het bevoegd gezag beslist op de aanvraag om een omgevingsvergunning binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag. Tegelijkertijd met of zo spoedig mogelijk na de bekendmaking (…) doet het mededeling van die beschikking op de wijze waarop het overeenkomstig artikel 3.8 kennis heeft gegeven van de aanvraag”.
In artikel 3.8 van de Wabo staat dat “onverwijld (…) in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze” gepubliceerd moet worden.
Er is na de bekendmaking aan de aanvrager méér dan twee weken verstreken alvorens publicatie plaatsvond, meer dan een derde van de bezwaartermijn van zes weken.
Naar de mening van de fractie van GroenLinks is 8 juni niet “tegelijkertijd met of zo spoedig mogelijk na de bekendmaking” en ook niet “onverwijld”.
- Waarom heeft de publicatie niet plaatsgevonden in de week van 23 mei 2022 of in de week daarna?
In de tekst van de publicatie wordt gesproken over het moment van ‘bekendmaking’ als het moment waarop de bezwaartermijn ingaat. Er ontstaat regelmatig verwarring over het verschil tussen ‘bekendmaking’ en ‘publicatie’.
- Waarom wordt in de tekst van de publicatie de datum waarop uiterlijk bezwaar aangetekend kan worden niet genoemd?
- Deelt het college de mening van de fractie van GroenLinks dat door een concrete datum te noemen verwarring voorkomen kan worden?
Er zijn door de Bomenridders en door Milieudefensie bezwaren ingediend. Beide bezwaren zijn ‘niet ontvankelijk’ verklaard, omdat ze buiten de bezwaartermijn van zes weken zijn ingediend. Het college had kunnen overwegen in gesprek te gaan met de bezwaarmakers om, bijvoorbeeld, zorgen weg te nemen. Door het gesprek aan te gaan zou het college hebben laten zien de bezwaren en bezwaarmakers serieus te nemen. Daarnaast zou het college tonen alleen weloverwogen bomenkap toe te staan. Door de bezwaren ‘niet ontvankelijk’ te verklaren zonder er inhoudelijk op in te gaan, wordt het wantrouwen tegen “de politiek” en tegen Nieuwe Energie voor Groenoord gevoed.
- Heeft het college overwogen met de bezwaarmakers in gesprek te gaan?
- Zo nee, is het college bereid dat alsnog te overwegen?
In de vergunning is aangegeven dat er een separate kapvergunning dient te worden aangevraagd en dat bomen pas geveld mogen worden als deze vergunning is afgegeven en in werking is getreden.
- Waarom is de kapvergunning geen onderdeel van de omgevingsvergunning?
- Welke consequentie zou het afwijzen van de aanvraag voor de kapvergunning hebben voor de omgevingsvergunning?
- Kunnen de werkzaamheden, anders dan het kappen van de bomen, al van start ook al bestaat er de – theoretische – mogelijkheid dat het tracé aangepast moet worden in verband met de vereisten uit de kapvergunning en wie draait er op voor de hieruit voortvloeiende kosten?
Op 22 juni 2022 is een kapvergunning aangevraagd voor het kappen van 17 bomen (gepubliceerd op 6 juli, dossier 22OMGS203).
Uit de omgevingsvergunning, het bijbehorende onderzoek dd. 22 februari naar de bomen op en langs het tracé en constateringen “in het veld” blijkt dat er al eerder bomen op het tracé zijn gekapt én dat er meer dan 400 bomen op of direct langs het tracé staan. Door Bomenwacht Nederland is op verzoek van de aanvrager een bomeneffectanalyse (BEA) uitgevoerd. Volgens de analyse is voor 122 bomen de projectinvloed beperkt en kan het project een zekere bedreiging voor het behoud van de bomen vormen. Bij 240 bomen is de projectinvloed aanzienlijk en vormen de werkzaamheden tijdens het project een ernstige bedreiging voor het behoud van de bomen. De impact van het project is op 63 bomen zodanig groot dat behoud van de bomen niet mogelijk is.
Aan de Bomenridders is toegezegd dat er overleg met hen zou plaatsvinden over de aanleg van de warmteleiding.
- Is de toezegging aan de Bomenridders gestand gedaan?
- Zo ja, heeft dit geleid tot aanpassing van de plannen?
- Zo nee, waarom niet?
- Waarom is gekozen voor een tracé dat deels door het groen loopt, in plaats van een tracé waarbij de warmteleiding niet deels, maar volledig gecombineerd wordt met bestaande ondergrondse en/of bovengrondse infrastructuur?
- Hoe verklaart het college het verschil tussen de 17 te kappen bomen uit de aanvraag van 22 juni en de 63 onhoudbare bomen uit de omgevingsvergunning van 23 mei?
- Is er gekozen voor een alternatief tracé waardoor er minder bomen geveld hoeven te worden?
- Hoe wordt voorkomen dat de bomen, die te maken hebben met een zekere of ernstige bedreiging dusdanig beschadigd of verstoord raken dat ze alsnog zullen sneuvelen?
- Worden alle bomen die sneuvelen herplant nabij de locatie van de warmteleiding?
Ons is gebleken dat er meerdere versies van de bomeneffectanalyse (BEA) circuleren. Bij de omgevingsvergunning is een versie van 22 februari 2022 gevoegd die als ‘definitief’ is aangemerkt, er is ook een versie van 23 maart 2022, waar ook ‘definitief’ op staat. In de versie van 23 maart is sprake van meer dan 500 bomen, waarvan 69 bomen onhoudbare projectinvloed zullen ondervinden, 198 aanzienlijke en 134 beperkte projectinvloed.
- Zijn er van andere onderzoeken t.b.v. de aanvraag omgevingsvergunning ook meerdere als ‘definitief’ aangemerkte versies in omloop?
- Zijn er na 23 maart nog andere versies van de BEA verschenen?
- Heeft de ‘update’ van de BEA en/of andere onderzoeken geleid tot aanpassingen in het tracé?
- Leidt de herziening van de BEA en/of andere onderzoeken tot herziening van de omgevingsvergunning?
- Als onderzoeken en/of omgevingsvergunning aangepast zijn, moet er dan niet opnieuw gelegenheid gegeven worden om bezwaar te maken tegen de vergunning?
Naar wij begrepen hebben is het ook na afronding van de werkzaamheden niet toegestaan op het tracé bomen of speelgelegenheden terug te brengen dan wel te planten/aan te leggen. Dat zou betekenen dat het tracé altijd zichtbaar blijft in de wijk.
- Tot hoever uit het hart van de leiding mag er in de toekomst geen boom van 1e of 2e grootte meer worden geplant?
- Was dit gevolg van de aanleg van de warmteleiding door Groenoord bekend bij het college toen de plannen werden voorgelegd aan de raad?
- Zo ja, is dit gedeeld met de raad?
- Zo ja, hoe en wanneer?
Er loopt een procedure tegen de bouw van het warmteoverdrachtstation, dat de warmteleiding door Groenoord moet gaan voeden.
- Is het niet verstandig te wachten tot er uitspraak is gedaan in die procedure, alvorens te starten met de aanleg van de warmteleiding?
We zien uw schriftelijke beantwoording met belangstelling tegemoet.
Namens de fractie van GroenLinks,
Carlien Schoondermark, Yorick Haan