Hoe bereid je een rollade? Het is geen vraag die je verwacht bij een politiek debat. Maar GroenLinks fractievoorzitter Jeroen Ooijevaar begon er zijn betoog tijdens de raadsvergadering van woensdag 8 juli mee. Op de agenda stond de Zomernota; de aanloop naar de begroting van 2016 waarin de contouren geschetst worden. GroenLinks en Progressief Schiedam vonden duurzaamheid sterk onderbelicht en vroegen meer aandacht voor armoedebeleid. Ook hadden ze vraagtekens bij de rol die de raad kreeg toebedeeld bij het bepalen van de inhoud van de nota.

Rollade als metafoor

Alvorens op die inhoud in te gaan gebruikte Ooijevaar de rollade als metafoor voor het begrip ‘beleidsruimte’. Een vriendin van hem, Esther, sneed voor het bereiden aan beide uiteinden het kontje af. Waarom deed zij dat? Daar had ze geen beter antwoord op dan: ‘Mijn moeder doet het ook altijd’. Maar ook de moeder van Esther wist het niet; haar moeder deed het ook altijd. Uiteindelijk had de oma van Esther het antwoord: zij beschikte slechts over één klein pannetje!

De moraal van het verhaal?

De Schiedamse raad doet hetzelfde als Esther en haar moeder: zonder er bij na te denken doen ze net alsof ze nog steeds alleen maar een klein pannetje hebben, terwijl die ondertussen veel en veel groter is. In de woorden van Ooijevaar: ‘De Schiedamse raad krijgt jaarlijks een programma voorgeschoteld – de Zomernota. Daarin bepaalt het college wat de agenda voor het komende jaar is, welke accenten er gelegd worden en waar de prioriteiten liggen. Dat is leuk en aardig, maar het is dus het college dat bepaalt welke rollade we voorgeschoteld krijgen en welke delen er afgesneden zijn. En wij als raad, het hoogste orgaan van de stad, accepteren dat!’ GroenLinks en Progressief Schiedam zouden graag zien dat de raad het initiatief naar zich toetrekt: ‘Waarom hebben we het nu over een programma dat niet door de raad is bepaald? Waarom laten wij ons inperken tot slechts een deel van ons werkterrein, ons pannetje?’

Duurzaamheid

Na deze inleiding ging Ooijevaar namens beide partijen over op de inhoud van de Zomernota, waarbij hij (net als vorig jaar trouwens) het belang van duurzaamheid sterk onderschat vond: ‘Duurzaamheid is het enige onderwerp dat in het verkiezingsprogramma van de vijf collegepartijen - of eigenlijk zelfs bijna alle partijen in de raad - voorkomt’. Toch komt het er bekaaid vanaf. Terwijl duurzaamheid de basis is van het bestaan: ‘Duurzaamheid is niet iets wat je erbij doet, maar juist iets waar je niet zonder kan om de samenleving toekomstgericht te maken en te houden’.

Economisme

Ooijevaar vervolgde met een beschouwing over het economisme waar onze samenleving van is doortrokken. Hij hekelde het kortetermijndenken en de gevolgen daarvan: ‘Het resultaat zien we dagelijks. Naast al dat moois dat we hebben, al die verworvenheden, hebben we te maken met vervuiling, fijn stof, eenzaamheid, individualisme, schaarste, segregatie’. Om deze schade te herstellen zijn drastische maatregelen nodig en juist hier schoot de Schiedamse raad tekort in besluitvaardigheid: ‘Deze raad wil niet weten wat kosten en baten zijn van iets wat zij niet goed kan overzien. Het lijkt wel of wanneer er sprake is van voor- en nadelen, wij ons oor laten hangen naar de nadelen. Sterker nog, in de 'ja maar'-cultuur van Schiedam zijn bij een plan dat voor 80% een oplossing biedt, de bezwaren waarom het geen 100% is vaak reden om 0% te gaan doen’. Als voorbeelden noemde hij het voorstel om te onderzoeken wat de kosten en baten zijn van het gratis maken van openbaar vervoer voor iedereen in Schiedam. Ook het uitblijven van de verduurzaming van de woningen van Woonplus is illustratief voor de 'ja maar'-cultuur. Omdat hier forse slagen in te maken zijn, stelde Ooijevaar een revolving fonds voor om de verduurzaming te financieren: ‘Schiedam heeft inkomsten uit fossiele brandstoffen, namelijk de baten uit het ONS en uit Eneco. Laten we deze baten in een revolving fund stoppen. Het is feitelijk de wet van behoud van energie. Wat we aan energie verdienen stoppen we in schone energie’.

Armoedeproblematiek

Duurzaamheid betekent ook oog hebben voor elkaar. Vandaar dat GroenLinks en Progressief Schiedam extra aandacht vragen voor de armoedeproblematiek* in Schiedam: ‘Wat ons betreft zou het moeten gaan om een breed spectrum van preventieve maatregelen waarbij wederom geldt dat kosten en baten in een breed perspectief moeten worden gezien’.

Tweede termijn

In de tweede termijn voerde Frans Hamerslag namens Progressief Schiedam en GroenLinks het woord. Hij was blij met de aangenomen motie een regenboogoversteekplaats aan te leggen. Hij constateerde ook tot zijn tevredenheid dat wethouder Van Aaken de noodzaak ziet om tot een versnelling van duurzaamheid te komen: ‘De wethouder spreekt met passie over duurzaamheid. Onze fracties worden hier oprecht warm van. Het is daarom wel jammer dat de passie die mevrouw van Aaken hier vanavond laat zien, nog niet helemaal zo te lezen is in deze Zomernota’. Maar zij zegde wel toe te gaan werken aan een revolving fund.

Vervolgens hield Hamerslag een pleidooi de Zomernota meer van de raad te laten zijn door gebruik te maken van de input van de raadsleden: ‘Goede ideeën waarvan wij weten dat deze soms tijd nodig hebben te rijpen kunnen zo tot hun recht komen. En raad en college, coalitie en oppositie werken optimaal samen’.

Hamerslag sloot af met de constatering dat ‘onze inbreng vanavond blijkbaar wel een snaar heeft geraakt. Blijkbaar is er behoefte om over de rollen van raad en college in gesprek te zijn. Het is goed om het proces bestuurlijke vernieuwing of welke naam we het ook geven, voort te zetten’.

Met deze opwekkende afsluiting konden raad en college het zomerreces in.

*Enkele Schiedamse feiten:

• Het aantal huishoudens met een inkomen tot 105 procent van de bijstandsnorm steeg in 2014 tot 4500.

• Het aantal door Woonplus overeengekomen betalingsregelingen steeg tot 398.

• Het aantal huishoudens met een bijstandsuitkering steeg tot 2577.

• Van die 2577 huishoudens waren er 1211 met een beslag op hun uitkering.

• Jaarlijks melden zich 1200 mensen met een verzoek tot schuldsanering bij de gemeente.